10.000
Idomeni ligt aan de Grieks-Macedonische grens op een uur rijden ten noorden van Thessaloniki, de tweede stad van Griekenland. Het dorpje heeft ongeveer 150 inwoners en sinds enkele maanden te maken met een ‘buitenwijk’ waarin ongeveer 10.000 mensen wonen. ‘Idomeni’, het kamp, is geen officieel vluchtelingenkamp, gefaciliteerd door de Griekse overheid, maar een samenraapsel van tenten en treinwagons op en rond het station van Idomeni. Daarnaast zijn er nog twee kampen op en rond tankstations met een paar honderd mensen langs de weg richitng Macedonië. Deze zijn nog slechter uitgerust dan het kamp tegen de grens aan.
Sinds februari 2016 heeft de Macedonische regering de grens met Griekenland in stappen gesloten voor vluchtelingen. In eerste instantie lieten ze Syriërs nog door, maar op 7 maart werd de grens helemaal gesloten. Vanaf de eerste sluitingen kwamen de mensen die niet werden doorgelaten vast te zitten in Idomeni. En ze bleven daar. Sommigen zitten er eind april al meer dan twee maanden. De onzekerheid is groot.
Bananen
Hendrik de Kok leidt ons rond door het kamp. Hij is sinds de zomer van 2015 door heel Europa als vrijwilliger werkzaam in verschillende vluchtelingenkampen. Sinds enkele weken deelt hij iedere ochtend met een groep vrijwilligers bananen uit aan de kinderen van het kamp bij Idomeni. Bananen omdat ze voedzaam zijn en niet schoongemaakt hoeven te worden. Je kunt ze simpelweg pellen en direct eten. De vrijwilligers van Team Bananas zijn volledig afhankelijk van donaties. Iedere dag checken ze hun bankrekening om te kunnen zien hoeveel bananen ze de volgende dag kunnen uitdelen. 4 bananen voor een euro: ongeveer 1000 euro per dag is nodig om alle kinderen te kunnen bereiken. Lees hier het interview met Hendrik.
NGOs
Het kamp bij Idomeni is ongestructureerd. Dit komt omdat het niet een officieel kamp is en dus onder geen enkele verantwoordelijkheid valt. Wel zijn veel NGOs aanwezig, onder andere UNHCR, Rode Kruis, IRC, Medicins du Monde en Live for Lives. Zij zorgen ondermeer voor voedseldistributie (Rode Kruisen Live for Lives), gezondheidszorg (MdM), voorlichting over de asielprocedure en dekens en tenten (UNHCR), en noodtoiletten, douches en activiteiten voor kinderen (IRC).
Mensen wonen in koepeltentjes, grote tenten van de UNHCR die weer door middel van dekens zijn ingedeeld in kleinere wooneenheden, in treinwagons (passagiers- en veewagonnen). Weer anderen wonen in het station van Idomeni. Een zeer gewilde plek, omdat je daar goed beschermd bent tegen regen, kou en warmte. Er breken geregeld vechtpartijen uit tussen verschillende (nationale) groepen. De Griekse politie is aanwezig aan de randen van het kamp en treedt in dergelijke gevallen snel op.
De tenten staan tot aan het hek op de grens. Daarachter staan de soldaten en tanks van het Macedonische leger. Met enige regelmaat bestormen groepjes vluchtelingen het hek in een poging de grens over te komen. Met traangas worden zij tegengehouden. Van sommige vrijwilligers begrijpen we dat het voor veel vluchtelingenjongeren ook een spel is. Ze vervelen zich ontzettend in het kamp en dan is zo’n bestorming een welkome afwisseling met het saaie wachten.
Wachten
Hendrik neemt ons mee naar de blauwe koepeltent van een Syrische familie waar hij elke dag even langs gaat. Ali en zijn vrouw ontvangen ons in hun voortent. Ze vertellen over hun leven in Syrië, de redenen waarom ze toch een paar weken eerder besloten te vluchten en niet langer te blijven en het verblijf in Idomeni. Beiden hadden een goede baan (hij was restauranthouder, zij medisch analist), twee van hun zoons studeerden rechten aan de universiteit en hun jongste dochter Arien (12) deed het zeer goed op school.
Toen brak de oorlog uit. Twee jaar geleden werd hun derde zoon door een scherpschutter gedood, later raakte zij haar baan kwijt en door de oorlog was er ook bijna geen klandizie meer voor zijn restaurant. Ook hun huis raakte ernstig beschadigd door het aanhoudende geweld. Dus besloten ze met nog zes gezinnen samen te vluchten. Een paar dagen na 7 maart kwamen ze in Idomeni aan. Te laat om nog doorgelaten te worden.
Sinds die dag wachten ze. Ze weten niet waarop. Ze vragen om de waarheid. Ze horen zo veel verschillende verhalen over de te volgen procedures, dat het hek misschien toch weer open gaat, dat als ze terug gaan naar Athene ze teruggestuurd worden naar Turkije. Ze weten het gewoonweg niet. Inmiddels is ook hun geld op en zijn ze aangewezen op de voedseldistributie van de hulporganisaties. Pijn en schaamte in de ogen van Ali als hij ons dit vertelt. Hij kan niet langer voor zijn gezin zorgen en dat doen hem zichtbaar veel verdriet. Hij hoopt in aanmerking te komen voor gezinshereniging. Hun oudste dochter is al eerder met haar man in Duitsland aangekomen, waar zij beviel van Ali’s eerste kleinkind.
Later die middag, als wij al weg zijn, organiseert de UNHCR een informatiebijeenkomst over de mogelijkheden om asiel aan te vragen, en drie dagen later deelt het Griekse ministerie van Binnenlandse Zaken een brief uit met daarin een uitleg over de asielprocedure. Aan de randen van het kamp staan bussen klaar om mensen naar officiële kampen in Griekenland te brengen. Als we Hendrik vragen of dat wel eens gebeurt, antwoordt hij: “Nee, eigenlijk niet.” Door hun grote onzekerheid vertrouwen ze er niet op dat de bussen hen niet naar een uitzettingskamp brengen.
Deze foto: Hendrik de Kok
UPDATE 25 mei: De ontruiming van Idmoni is begonnen. Lees hier het artikel in Trouw.
UPDATE 23 juni: Ali en zijn familie hebben zich geregistreerd voor hervestiging.
Deelnemers aan deze missie: Werry Crone (fotograaf), Thea en Iana Hilhorst (respectievelijk lid van de denktank en onderzoeksassistent), Michiel Kruyt (beleidsmedewerker PvdA Europees Parlement), Mariska Pijpers (WBS), Kati Piri (PvdA Europees Parlement), Monika Sie Dhian Ho (WBS) en Annelies Pilon (secretaris van de denktank).